Literatuur
icoon instrumenten

Betrokkenheid bij het gezin en bij de gemeenschap op grootstedelijke scholen

Hoe komt het dat maatregelen om ouderbetrokkenheid te verhogen, vaak niet leiden tot een partnerschap tussen scholen en ouders? Deze analyse laat zien dat de belangrijkste reden hiervoor is dat scholen zich te weinig verdiepen in de cultuur en de ideeën over ouderbetrokkenheid van de betreffende ouders.

Inhoud

Deze analyse onderzoekt de ouderbetrokkenheid op zogenaamde urban schools. Deze term verwijst naar basis- en middelbare scholen in de V.S. die in gebieden liggen met een hoge bevolkingsdichtheid. Er wordt niet specifiek gerefereerd aan minderheidsgroeperingen met deze term (zoals Afro-Amerikaanse en Latijns-Amerikaanse groepen), maar uit de analyse blijkt dat er toch minstens een zekere mate van overlap is tussen deze groepen en leerlingen / ouders van urban schools.

Geen sprake van partnerschap

Vaak wordt gedacht dat leerprestaties van leerlingen van urban school omhoog gaan als ouders meer betrokken zouden zijn. De auteurs betogen dat veel van de maatregelen die betrokkenen in het onderwijsveld nemen om de ouderbetrokkenheid te verhogen, voortkomen uit een dominant gedachtenpatroon dat ouders en leerlingen van urban schools achtergesteld zouden zijn en daarom niet de juiste ouderbetrokkenheid vertonen. De stem van de ouders wordt veel te weinig gehoord waardoor er niet sprake is van een partnerschap.

Traditioneel vs cultureel & contextresponsief

Boutte & Johnson beargumenteren deze stelling door ten eerste de literatuur te analyseren die ouderbetrokkenheid probeert te definiëren. Ze concluderen dat er twee soorten modellen voor ouderbetrokkenheid zijn: een traditioneel model en een cultureel en context responsief model. In het traditionele model bepaalt de school wat het beleid is voor ouderbetrokkenheid en hebben ouders weinig in te brengen. In het cultureel en context responsieve model hebben zowel school als ouders een gelijkwaardige rol in het opzetten van ouderbetrokkenheid. Er is geen vaststaand beleid dat voor iedere ouder geldt, maar beleid wordt met de ouders gemaakt waardoor het ook past bij de leefwereld van de ouders.

Onvoldoende kennis van de leefwereld van ouders en leerlingen

Ten tweede gaan Boutte en Johnson dieper in op het punt dat ouders en leerlingen van urban schools achtergesteld zouden zijn op veel gebieden en daarom niet de juist ouderbetrokkenheid vertonen. Ze laten zien dat een dergelijke houding voortkomt uit onvoldoende kennis van de thuistaal van de leerlingen, hun sociale interactiepatronen thuis, hun geschiedenis en hun cultuur. De perceptie van achterstelling is dus een sociaal en cultureel construct dat echte oplossing in de weg staat.

Aanbevelingen

Hoewel de adviezen die Boutte & Johnson geven gebaseerd zijn op de situatie in de V.S., waar minderheden in grotere mate in een hechte gemeenschap leven, zijn er wel enkele adviezen die ook voor de Nederlandse onderwijssituatie van toepassing zijn, hoewel vrij algemeen.

1. Het is goed als leraren en andere actoren in het onderwijsveld een gedegen kennis hebben van de thuiscultuur van de leerlingen, ouders en de community. Alleen op die manier kan ouderbetrokkenheid op een effectieve manier vormgegeven worden.

2. Ouderbetrokkenheidsbeleid moet samen met de ouders opgezet worden. Anders bestaat de kans dat het beleid wordt dat niet past bij ouders en dan ook niet door hen wordt uitgevoerd.

3. Integreer nieuw beleid op meerdere gebieden: in het curriculum, in de professionaliteitsontwikkeling van leraren etc. Dan is er de grootste kans dat het beleid geborgd wordt.

Ga naar artikel